'Iedere patiënt verdient een gepersonaliseerd behandelplan'

Afbeelding

Foto: Oncologisch chirurg Pim Burger is de negentiende hoogleraar van het Catharina Ziekenhuis - Foto Catharina Ziekenhuis

Oncologisch Chirurg Pim Burger is benoemd tot hoogleraar aan de Universiteit van Maastricht. Zijn onderzoeken focussen op complexe vormen van darmkanker: tumoren die diep zijn ingegroeid, die zijn teruggekeerd na eerdere behandeling of die andere organen aantasten. Het zijn juist deze patiënten die vaak te horen krijgen dat hun prognose slecht is en de behandeling zwaar. “Voor die patiënten is mijn doel genezen met behoud van kwaliteit van leven. Niet alleen langer leven, maar ook beter.”

Het Catharina Ziekenhuis is al jaren toonaangevend in de behandeling van gevorderde darmkanker en werkt daarin nauw samen met het Maastricht UMC+ binnen het oncologische samenwerkingsverband OncoZon. “Maastricht heeft alle academische faciliteiten, wij zien veel van deze patiënten. Samen maken we elkaar beter”, licht Burger zijn benoeming toe.

De oncologisch chirurg streeft bij het verbeteren van de patiëntenzorg op dat gebied naar een gepersonaliseerd behandelplan. “Zover zijn we nog niet in Nederland, maar we moeten daar wel echt naar toe. Bij elke patiënt moeten we onszelf afvragen: wat zijn de unieke kenmerken van deze patiënt? Wat hebben we voor opties? Hoe kunnen we daarmee het beste behandelen? Wat zijn de wensen en voorkeuren? Daarmee gaan we de zorg voor darmkanker écht verder verbeteren.”

Groot team met onderzoekers

Burger kan als hoogleraar voortbouwen op het fundament dat collega’s als Harm Rutten legden. “We zijn hier in het Catharina een topklinisch ziekenhuis, dat als ziekenhuis van Eindhoven alle zorg biedt die nodig is, maar ook academische ambitie heeft. Zowel als het gaat om complexe zorg, als wetenschappelijk onderzoek. We hebben hier echt een heel groot team van gemotiveerde en gedreven onderzoekers, medisch specialisten en hoogleraren.”

Sinds de komst van Burger naar het Catharina Ziekenhuis, inmiddels zeven jaar geleden, is het onderzoeksteam dat zich bezighoudt met complexe vormen van endeldarmkanker gegroeid naar twaalf medewerkers.

“We maken echt grote stappen op het gebied van de-escalatie: oftewel minder zware behandeling met net zoveel kans op genezing. Van ingrepen waarbij we voorheen bijvoorbeeld blaas en baarmoeder moesten verwijderen, gaan we nu naar behandelingen zonder operatie. Dat is baanbrekend.”

Afzien van operatie

Voor de toekomst hoopt Burger dat hij op dat vlak nog veel meer winst kan behalen. “Ik ben chirurg, maar probeer mezelf deels overbodig te maken”, zegt hij met een glimlach. “Vroeger was opereren bij endeldarmkanker de standaardzorg. Nu kunnen we bij de meeste patiënten afzien van een operatie. Ik wil eraan bijdragen dat dat in de toekomst nog vaker kan, ook bij patiënten met grote, vergevorderde tumoren.”

Die voortgang komt onder meer dankzij verbeteringen op het gebied van bestraling, chemotherapie en nieuwe behandeltechnieken. “Daardoor kunnen we tumoren preciezer behandelen en soms volledig elimineren zonder mes. En als we wel opereren, willen we dat beperkter doen, met minder schade en minder blijvende gevolgen voor de patiënt.”

Eén van die nieuwste behandelingen voor complexe endeldarmkanker is het intra-operatief navigeren. Ontwikkeld in het Antoni van Leeuwenhoek en nu voor doorontwikkeling in gebruik in het Catharina Ziekenhuis.

“Simpel gezegd wil dat zeggen dat we real-time op een 3D-scherm precies kunnen zien waar in het bekken van de patiënt we opereren Daardoor kunnen we veel gerichter te werk gaan en met nog grotere nauwkeurigheid tumoren verwijderen. Zo maken we minder nevenschade tijdens grote operaties. Dit is echt een methode waar patiënten héél veel voordelen bij hebben.”

Baanbrekende studies

Wie de nieuwe hoogleraar hoort spreken, merkt meteen dat hij zichtbaar energie krijgt van onderzoek doen: “Vanuit het Catharina Ziekenhuis werken we echt aan baanbrekende onderzoeken, zoals PelvEx2 en INTERACT. Dat we daar met een groot team aan kunnen werken én er resultaten mee behalen, geeft me heel veel voldoening.”

Bij de PelvEx2 studie wordt onderzocht welke voorbehandeling het best werkt voor patiënten bij wie de endeldarmkanker is teruggekomen. De INTERACT-studies richten zich op de behandeling van patiënten met buikvliesuitzaaiingen, een vergevorderd stadium van de ziekte, waarbij medicijnen direct in de buikholte worden toegediend.

“Stuk voor stuk studies waarmee we prognoses en kwaliteit van leven voor patiënten willen verbeteren. Later dit jaar verwachten we ook de definitieve uitslagen van het MEND-IT-onderzoek. Daarin kijken we hoe vaak we bij patiënten met hele grote tumoren een operatie kunnen voorkomen. Zonder dat we op de uitkomsten vooruitlopen, durf ik wel te zeggen dat dit veel vaker is dan vooraf verwacht.”

In de komende jaren wil Burger de zorg voor complexe endeldarmkanker verder verbeteren, in samenwerking met andere expertisecentra. “We proberen elke dag de behandeling beter te maken, door betere voorbehandeling te bieden, gerichter te opereren, nieuwe behandelingen te verzinnen en bestaande methoden te verbeteren. Dat alles om de prognoses én kwaliteit van leven van patiënten te verbeteren. We hebben de afgelopen jaren bewezen dat het werkt: de kwaliteit is beter, de samenwerking intensiever. Dit is pas het begin.”

Bron: Catharina Ziekenhuis