17 september 2019

Waarborgen toekomst Brabanthallen

De Brabanthallen en congrescentrum 1931 zijn uitgegroeid tot de nummer 1 beurzen-, evenementen- en congresaccommodatie van Zuid-Nederland. Met elk jaar 700.000 bezoekers, € 69 miljoen aan bestedingen en zo’n 1.100 banen. De gemeente en Libéma willen dit succes ook voor de toekomst waarborgen en waar mogelijk verder uitbouwen.

In 2016 heeft de gemeenteraad besloten het beurs-, evenementen- en congrescentrum te laten uitgroeien tot één van nationale allure. Om dat te bereiken zijn nu nieuwe afspraken gemaakt over de toekomst. Die afspraken gaan onder meer over een verkoop van aandelen. Daarmee is een bedrag gemoeid van ruim € 7,3 miljoen. Dat bedrag betaalt Libéma aan de gemeente. Libéma kan het complex dan zelf exploiteren en verder ontwikkelen.

Duurzame bereikbaarheid

Ook zijn afspraken gemaakt over duurzame bereikbaarheid, de locatie en de inrichting van de parkeerterreinen. Het is belangrijk dat de Brabanthallen, congrescentrum 1931 en de nieuwe entertainmenthal Mainstage ook in de toekomst goed bereikbaar zijn. En kunnen beschikken over voldoende parkeervoorzieningen.

Als oplossing hebben de gemeente en Libéma de aanleg van 900 parkeerplaatsen op de landtong bij de Brabanthallen voor ogen. Dit in combinatie met een te dempen deel van de naastgelegen Industriehaven. Dit compenseert het verlies van de parkeerplaatsen op het voormalige terrein van Michelin. Dit terrein is bestemd voor het huisvesten van WeenerXL. De Brabanthallen kan het parkeerterrein van WeenerXL in de weekenden nog gebruiken.

Overleg

De nieuwe parkeervoorziening gaat onderdeel uitmaken van het totale complex van de Brabanthallen. Een deel van de landtong krijgt een groene inrichting met bomen. Het huidige aantal parkeerplaatsen waarover Brabanthallen kan beschikken, verandert daarmee niet.

De komende periode vinden gesprekken plaats met de omgeving. Het is de bedoeling om eind dit jaar een voorstel aan de gemeenteraad aan te bieden.

Gerelateerd