15 april 2020

Food (agri)

Horecaman Wim Cox: “Geen werk voor je personeel? Help andere bedrijven.” – door VNO-NCW

“Hoe kunnen mensen thuiszitten, terwijl andere ondernemers schreeuwen om hulp?” Daarom staan de Limburgse horecaondernemer Wim Cox en zijn medewerkers nu niet in zijn restaurants en broodjeszaken, maar werken ze bij de lokale Plus en helpen ze bij de aspergeteelt. “Alleen samen komen we deze crisis door.”

15 maart is een dag die Wim Cox, eigenaar van 12 horecazaken in heel Limburg, niet snel zal vergeten. Net als zijn medewerkers trouwens. Om iets voor vijven zitten zijn gasten nog rustig aan een broodje of aan bord schnitzel met friet, en om 5 uur krijgt iedereen te horen dat een uur later de hele horeca voor onbepaalde tijd dicht gaat.

Cox had die middag al besloten om zijn broodjeszaken en Berenrestaurants te sluiten. “Ik vond het maatschappelijk niet meer verantwoord om open te blijven”, blikt hij terug. “Al was het uiteindelijk best een stressvolle bedoening dat we in een uur tijd ook echt helemaal dicht moesten.”

Zelf zat hij toen nog op Tenerife, waar hij trainde voor een (inmiddels uitgestelde) ultramarathon. Eenmaal thuis begonnen de radartjes in zijn hoofd te draaien.

Het kan toch niet zo zijn dat míjn mensen thuis zitten!?
Wim Cox

De ‘soft lockdown’ zou ervoor zorgen dat in heel Nederland 400.000 horecamedewerkers thuis komen te zitten. Onder wie de 260 mensen die in zijn zaken staan. Op het nieuws zag Cox dat arbeidsmigranten uit Roemenië en Polen naar huis waren gegaan. En dat terwijl de landbouw en de kassen rondom Roermond en Venlo vol stonden. “Ik dacht: het kan toch niet zo zijn dat míjn mensen allemaal thuiszitten, terwijl de boeren huilen dat de oogst niet van het land komt?” Even had hij overwogen om, net als veel restaurants, eten thuis te gaan bezorgen. “Maar dat is toch een hele andere tak van sport”, zegt hij. “Heel specialistisch. Daar moet je niet te makkelijk over denken. Het luistert heel nauw om het eten dan goed van kwaliteit en warm bij mensen thuis te krijgen.”

Medewerkers overal aan de slag

Als dan vervolgens allerlei vraag- en aanbodplatformen oppoppen, besluit Cox zich overal voor in te schrijven. Zo belandden zijn horecamedewerkers als vakkenvullers bij de lokale Plus in Roermond, in kassen en op de aspergevelden, als orderpicker bij webshops en als schoonmakers bij ambulancediensten. Inmiddels werken er zo’n 50 tijdelijk voor een andere werkgever; ongeveer een vijfde van zijn totale personeelsbestand. Waarom zijn dat er niet meer? Cox: “Er is terughoudendheid bij medewerkers. En dat is ook terecht: de overheid doet hard haar best om mensen thuis te laten blijven. Waarom zou ik dan mensen toch aan het werk houden en zorgen dat ze hun huis juist uitgaan?” Hij zucht. “Dat is een ingewikkelde discussie. Ik merk steeds meer verzet van ondernemers die de economie niet te lang op slot willen houden, maar willen kijken wat er heel gefaseerd weer open kan.” Dat staat haaks op de boodschap van de overheid én die van het noodpakket, zegt Cox. “In de voorwaarden van bijvoorbeeld een compensatieregeling als de NOW staat dat werkgevers zolang mogelijk aan de slag moeten blijven en werknemers van werk moeten voorzien. Maar dát bericht zien mijn werknemers natuurlijk niet.”

We hebben iedereen nodig om uit deze crisis te komen.
Wim Cox

Doodsbang door het coronavirus

Niet iedereen kan ook op dit moment aan het werk, beseft de ondernemer. Een aantal mensen zorgt voor hun kleine kinderen, of voor hun ouders. “Maar ik merk ook dat een aantal mensen doodsbang is om de straat op te gaan. Ik heb daar begrip voor. Ik wil ook niemand verplichten, maar wel duidelijk maken dat we echt iedereen nodig hebben als we willen zorgen dat we hier zo goed mogelijk uitkomen.” We willen toch niet dat onze zorgvuldig opgebouwde welvaartstaat instort, vraagt Cox zich hardop af. “Juist omdat onze economie goed draait, blijft dat vangnet voor de sociaal zwakkeren betaalbaar. En dat betekent dus ook dat alles dat door kan draaien, door moet blijven draaien.”

Sinds 1926

Wie denkt dat de ondernemer zelf ongeschonden uit de crisis komt, heeft het mis. “Dit is gelukkig een heel gezond bedrijf”, zegt Cox. “Maar ook dat heeft een grens. Gelukkig is de NOW-regeling nu opengesteld. Afhankelijk van hoe snel die voorschotten worden uitbetaald, kan ik de lonen nog wel betalen tot half mei, maar daarna wordt het lastig. Mijn bedrijf bestaat sinds 1926 en ik hoop toch heel erg dat we die 100 jaar gaan halen. Je hoort hier en daar al geluiden over het opschorten van het vakantiegeld… ik hoop dat dat niet hoeft.”

Ik hoop toch echt dat mijn bedrijf de 100 jaar gaat halen.
Wim Cox

Dat hij het zelf lastig heeft, wil nog niet zeggen dat hij niets voor een ander kan betekenen. Of dat andere ondernemers dat niet ook kunnen doen. En dus deed hij een publieke oproep aan de politiek, branches en andere ondernemers. “Het kan niet zo zijn dat ondernemers een schreeuw om hulp doen dat zij het werk niet afkrijgen, terwijl er werknemers thuiszitten en 100 procent door worden betaald”, vindt de ondernemer. “Bij VDL Nedcar bijvoorbeeld zitten nu 5.000 mensen thuis. Die moeten en kunnen ergens anders aan de slag. Alleen zo houden we de maatschappij op peil. En ik zou het helemaal niet gek vinden als de overheid de komende tijd ook gaat communiceren dat er best gewerkt kan worden, zolang we dat op een verstandige manier doen. De vrijblijvendheid mag er ook best af, wat mij betreft.”

Of hij niet bang is dat zijn medewerkers het toch leuker vinden om in de supermarkt of op het land te werken? Hij lacht. “Ik probeer heel nauw contact te houden met alle leidinggevenden en alle medewerkers. Het is in de horeca niet zo makkelijk om aan goed personeel te komen, dus ik hoop van harte dat na deze crisis iedereen gewoon weer in de horeca aan het werk gaat.”

Bron: https://www.coronakrant.nl/

Gerelateerd